Zinsmelodie aanleren: C'est le ton qui fait la musique

04-06-2014 11:11

Ik heb laatst een leuk lesje gegeven in groep 3. Een stukje van de evaluatie wil ik u niet onthouden. De les is afkomstig uit 'Zien is Snappen' van Josée Coenen.

Eerst even de doelen die ik geformuleerd heb voor de kinderen en een stukje gehanteerde didactiek weergeven.

 

De directe leerdoelen voor de kinderen waren:

-       De kinderen weten en begrijpen het verschil tussen een mededelende- en een vragende zin.

-       De kinderen kunnen onderscheid maken tussen deze twee zinnen.

-       De kinderen kunnen door te luisteren naar de intonatie aangeven om welk soort zin het gaat.

-       De kinderen kunnen deze twee zinnen op de aangeleerde manier uitspreken.

De mededelende zin aanleren

Stappen 2 en 3 in de didactiek: het aanleren van de mededelende zin. Ik noem deze zin de 'zegzin'.

 

Didactiek in stappen in het tweede taalonderwijs

Zie voor didactische stappen: Cursistenmap NT2, Bijeenkomst 6, blz. 9, punt 6.

 

Receptief

Stap 1

Leerkracht biedt een klank aan. Leerlingen luisteren.

Stap 2

Leerkracht biedt een klank aan. Leerlingen doen iets.

 

Reproductief

Stap 3

Leerkracht biedt een klank aan. Leerlingen zeggen deze na.

 

Productief

Stap 4

Leerlingen geven antwoord met daarin de klanken.

Stap 5

Leerlingen vertellen zelf met een juiste uitspraak van de klank.

 

C'est le ton qui fait la musique. Daarom!

Ik vind de zinsintonatie heel belangrijk voor het begrijpen van gesproken taal en voor de interactie tussen mensen. Een zin die verkeerd wordt uitgesproken, kan verkeerd worden begrepen door de ontvanger. Ook kan de T2-leerder als onbeleefd worden ervaren, terwijl de intentie dat niet hoeft te zijn. Ook voor gelezen taal trouwens: ikzelf lees in mijn hoofd op toon en met interpunctie.

De kinderen op onze school hebben veel moeite met de zinsintonatie, omdat alle aandacht tot voor kort naar spelling en grammatica uitging en de methodes op de voet werden gevolgd. Mijn ervaring is (ik maak hier vast vijanden mee….) dat juist de spaarzame lesjes die gaan over intonatie, tot voor kort werden overgeslagen, omdat de spelling buiten proportie veel tijd opslurpte. Verder is de juiste zinsmelodie hanteren erg belangrijk voor de pragmatiek. C'est le ton qui fait la musique.

Voor mezelf vind ik het gewoon leuk om interactief les te geven. Deze les lijkt me een stuk leuker en effectiever dan een saaie invuloefening (die vaak nog een stap 4 of 5 behelst ook, maar dit terzijde…)

 

Introductie: kwam opeens opborrelen…..overkomt me geregeld….

Ik had de les thuis al ‘droog’ geoefend en de tijd opgenomen: ja, haalbaar in 30 minuten zoals ik hem had uitgeschreven. Op het allerlaatste moment nog een leuk ideetje gekregen om de les te introduceren. Dat ging ongeveer als volgt.

Ik kwam de klas in en ik zei tegen juf Petra:

Dag-juf-Petra.-Dag-kinderen-van-het-goede-leven.-Ik-kom-een-half-uurtje-lesgeven.-Juf-Petra-mag-lekker-gaan-zitten-en-foto’s-nemen.-Ik-denk-dat-de-kinderen-de-les-erg-leuk-zullen-vinden.-Wat-een-lieve-kinderen-zijn-dit-en-wat-zitten-ze-keurig-in-de-kring.

Ik sprak ritmisch, monotoon, zonder welke variatie dan ook. Een kind riep al: Hé, een robot! Hij is een robot! Ik weer: Ik-ben-geen-hij.-Ik-ben-een-zij.-Kijk-maar. (Heupwiegen, billen naar achteren en borsten naar voren: kinderen lachen.)

Daarna zei ik hetzelfde verhaaltje met de juiste, normale zinsmelodie en ritme. Ik vroeg de kinderen welk verhaaltje ze gek vonden. Gelukkig gaven ze het beoogde antwoord… Ik vertelde dat de les precies hierover ging. Als ik zou praten zoals bij het eerste voorbeeldje, zou iedereen in slaapvallen of denken ‘die is gek!’ En dát willen we natuurlijk niet. Dus jongens en meisjes, hierover gaat de les: het uitspreken van zinnen op de goede manier, zodat mensen blijven luisteren naar je en je kunnen begrijpen.

De rest van de les heb ik gedaan zoals ik had uitgeschreven. Hoe de les gegeven hoort te worden, is na te lezen in ‘Zien is Snappen’ (ZiS) van Josée Coenen.

De vraagzin aanleren

Stappen 2 en 3 in de didactiek: het aanleren van de vragende zin.

 

ZiS & Montessori & Coöperatieve werkvormen

Wat ik het mooie en prettige van het boek ZiS vind, is dat de manier van lesjes aanbieden veel overeenkomsten vertoont met de lesjes die ik in het Montessori onderwijs gaf. Zeker voor zo’n breedsprakerig type als ik soms ben, is het prettig om zo gestructureerd een lesje aan te bieden. Je modelt en je laat het kind nadoen. Ik vind dit toch een essentieel verschil met het zogenaamde interactief lesgeven. Je bent op de ZiS-manier heel sturend als leerkracht. Er valt eigenlijk geen speld tussen te krijgen. Het doel wordt ook niet uit het oog verloren, doordat kinderen tussendoor vragen mogen stellen of een inbreng mogen/moeten hebben. Ik ben een voorstander van interactief lesgeven zoals het vaak wordt bedoeld, maar voor het aanleren van dit soort begrippen, concepten, vind ik de ZiS of Montessori manier echt beter, effectiever en efficiënter. En de kinderen blijkbaar ook, want voor iemand die toch geregeld ordeprobleempjes ervaart (of zelf veroorzaakt…..), vond ik het ongelooflijk dat iedereen een half uur lang zo geconcentreerd mee bleef doen! Dit smaakt naar meer!

Het interactieve deel (dus met eigen inbreng van de kinderen en in wisselwerking met elkaar) komt tijdens de verwerking (inoefenen, consolidatiefase) aan bod. Door Coöperatieve LeerStrategieën in te zetten wordt het een levendige en leerzame les.

 

Onderstaande foto kreeg ik door de groepsleerkracht van groep 3 toegestuurd! Het is een spontane uiting van een leerling in haar groep, die gisteren mijn lesje heeft meegemaakt. Dit geeft m.i. aan dat het lesje iets met haar heeft gedaan. De zinsmelodie die zij heeft weergegeven is niet de juiste, maar dat geeft niet. Feit is, dat zij bezig is met bewustwording! Ja, dit zijn nu van die cadeautjes die je extra motiveren om je werk goed te doen. Heel erg leuk!